Maandelijks archief: september 2020

Naar de tandarts met Hans Warren

Op zijn zwerftocht door Nederland fotografeert Martin van der Kamp landschappen en gebouwen die verbonden kunnen worden met het leven en werk van Hans Warren. Deze keer de voormalige tandartspraktijk van Hans Stam aan de F. den Hollanderlaan 16 te Goes (tegenwoordig: osteopathiepraktijk Beter).

Uit Geheim Dagboek:
9 juli. [1972] – (…) Ik kon ‘s-nachts niet slapen van de pijn. Om acht uur Hans Stam opgebeld, die bleek met vakantie. Ik kon om kwart voor elf bij zijn vervanger Hage terecht. (…)
29 april [1982] – Ongelooflijk opgelucht. Na ruim twee jaar móest ik naar de tandarts: mijn gedeeltelijke gebitje was geknapt, een kies afgebroken, een vulling uit een hoektand los. Het is allemaal gemaakt. ‘Het restant houdt zich goed,’ zei Hans Stam bemoedigend. Ik ben in jubelstemming. (…) 
10 jan. [1983] – 12.50 – Om elf uur moest ik bij de tandarts zijn om te ‘happen’ voor een nieuw partieel bovengebit. Het oude was net voor de kerstdagen geknapt, maar nog wel bruikbaar als ik voorzichtig at. (…)
19 okt. [1984] – 10.30 – (…) Eergisteren en gisteren naar de tandarts geweest. De opening tussen tanden en gebitje was inderdaad te groot. (…)
18 april [1985] – 20 uur – Het viel niet mee bij de tandarts. De kies moest eruit, en dat werd een marteling. Twee wortels waren nog heel sterk, de derde bleek verrot. (…)
11 dec. [1986] – 11.30 – Om naar Hans Stam te gaan had ik me gisteren als slachtoffer voorbereid. Gebaad, m’n beste kleren aan, de ruïnes geborsteld. Precies om zes uur leverde M. me af. (…)
14 sep. [1988] – 11 uur – (…) bij het avondeten brak een hoektand. Ik at een stukje Parmezaanse kaas en dacht dat er een kiezelsteen in zat. De tand was al lang verkleurd en gebarsten. Ik besloot meteen een briefje bij Hans Stam te brengen. Hij deed zelf open en hij is meteen aan het werk gegaan. (…)
14 feb. [1990] – 10 uur- Gisteren erge kiespijn, M. bleef drammen dat ik de tandarts moest opbellen. Ik zag geen uitweg, straks kan ik bij Hans Stam terecht. (…)

Het huis van Maria de Roo

Op zijn zwerftocht door Nederland fotografeert Martin van der Kamp landschappen, graven en gebouwen die verbonden kunnen worden met het leven en werk van Hans Warren. Deze keer het huis van Maria “Sibylle” de Roo (1923 – 1993), Kreukelmarkt 2 in Goes (thans: Soit Conceptstore).

Uit Geheim Dagboek:
17 juli. [1943] – Gisteren ben ik bij Sibylle geweest! Ik heb lang geaarzeld en gewacht (…).Ik beklom de hardstenen stoep en belde aan. Een dienstbode liet me binnen in een rijk gemeubileerde kamer, waarin niemand aanwezig was. Er lag een boeket lamsoorbloemen op tafel, van nervositeit nam ik het op, en stond er wel heel dwaas mee in m’n handen toen ik lichte voetstappen op de trap hoorde, de deur zwaaide open en Sibylle kwam binnen. (…)
3 jan, [1944] – De eerste en tweede januari naar Sibylle geweest; gezellige dagen, prettige sfeer, wat te veel en te lang binnen zitten en te weinig buiten zijn, te weinig alleen met haar ook (behalve ik logeerden er nog een vriendin, een nichtje en een andere dame). Er kwam veel visite. In dat huis merk je wat het eten betreft totaal niets van de oorlog. Ze hebben de onwaarschijnlijkste dingen, als krenten en rozijnen in oliebollen, je kreeg oude port, allerlei andere dranken. Gebak, uitgebreide menu’s van voortreffelijk voedsel; iedere gast had een stuk uitstekende toiletzeep, onbegrijpelijk maar heerlijk. (…)
14 maart. [1944] – Jongstleden zondag naar Goes geweest. Ik kwam tegen twaalven bij Sibylle aan; na de lunch begon het te regenen, en pas om ongeveer vier uur konden we gaan wandelen (…).

Uit de nalatenschap van Hans Warren 91 ~ Julien Green

Arie Jan Gelderblom deed onlangs een bijzondere ontdekking in het dagboek van Julien Green (1900-1988): Hans Warren was hier, niet bij naam, maar toch onmiskenbaar. Hij vertelde erover op deze site. Het was zoiets als een moord oplossen zonder lijk – zo spannend kan literatuurhistorie zijn – want hij beschikte slechts over Greens aantekening van 4 februari 1947 en zijn speurdersinstinct. Niet over de brief uit Nederland waarnaar Green verwijst: ‘Ce matin, une lettre de Hollande’. In Hans Warrens gepubliceerde dagboek over deze periode is er volop aandacht voor Greens journaal, de 25-jarige dichter uit Borssele geniet van het boek, al vindt hij het teleurstellend ‘een decent-naakte Green’ te zien te krijgen. Van een brief aan Green is in het gedrukte dagboek geen sprake, maar op zondag 26 januari 1947 heeft Hans Warren die wel degelijk geschreven. Kijk maar in zijn zakagenda op die datum: ‘Ce soir écrit à Julien Green’. Nog meer bewijs biedt de kladversie. Green blijkt een zorgvuldig overschrijver: het lange citaat in diens dagboek stemt vrijwel letterlijk overeen met wat we in Hans Warrens opzet lezen. Green nam de aantekening op in zijn Journal 1946-1950, voor het eerst verschenen in 1951. Die vaart zegt veel over de veilige aard van Julien Greens dagboek. Zoals het ook veel zegt dat Hans Warren het boek waarin hij opduikt als ‘un jeune inconnu’ is ontgaan: hij verloor zijn interesse voor de ‘decent-naakte’ dagboekschrijver weer snel. Wie weet is Arie Jan Gelderbloms fraaie vondst aanleiding nog eens een selectie uit de dagboeken van Julien Green in het Nederlands uit te brengen. Maar dan zorgvuldig gekozen en behoorlijk vertaald – want Greetje van den Bergh, die de ‘Nederlandse’ aantekening van 4 februari 1947 negeerde en denkt dat je ‘gant’ (handschoen) met jas moet vertalen, verdient geen complimenten voor haar uitgave uit 1981. Hans Warrens beheersing van het Frans was, zie zijn brief, jaloersmakend goed. Hij hoopte op antwoord. ‘Quelques mots à un jeune homme,’ schrijft hij aan het slot. Die reactie kwam niet, of op deze indirecte manier toch eigenlijk wel.

MARIO MOLEGRAAF