Op zijn zwerftocht door Nederland fotografeert Martin van der Kamp landschappen, graven en gebouwen die verbonden kunnen worden met het leven en werk van Hans Warren. Deze keer: Jan Engelman.
Johannes (“Jan”) Aloysius Antonius Engelman (Utrecht, 7 juni 1900 – Amsterdam, 20 maart 1972) was dichter, criticus en vertaler. Engelman werd op 23 maart bijgezet op de R.K. begraafplaats aan de Amstelveenseweg in Buitenveldert in het graf van partner Joanna Diepenbrock (10 augustus 1905 – 7 juni (!) 1966) en haar ouders, componist Dr. Alphons Diepenbrock (1862 – 1921) en jonkvrouw Wilhelmina Elisabeth Petronella Cornelia Diepenbrock de Jong van Beek en Donk (1860 – 1939).
Cf. Hans Heesen, Harry Jansen en Ed Schilders (1997), Waar ligt Poot? Over de dood en de laatste rustplaats van Nederlandse en Vlaamse schrijvers. De Prom, Baarn en Wikipedia.
Geheim Dagboek 11 sep. [1945] – In een bezopen bui aan Engelman gedichten ingezonden voor De Harp maar… met zo’n insolente en aanstellerige brief er bij dat ik me nu werkelijk dóodschaam; helaas heb ik alles gepost, er is geen redden meer aan. Ik kan enkel vurig hopen dat Engelman zo’n weerzin voelt dat hij het geheel, brief en verzen, in het vuur smijt en alles snel vergeet.
31 jan. [1956] – 20 uur. – Of Jan Engelman als dichter bekend zal blijven betwijfel ik. Daarvoor is het grootste deel van zijn werk te zwak, te gekunsteld, opgeschroefd. Maar als curiositeit zal het gedicht Vera Janacopoulos waarschijnlijk de tijd trotseren. Vera Janacopoulos, geen Griekse maar een Braziliaanse zangeres, is gestorven. Ik vraag me af hoe Engelman tot zijn cantilene kwam. Hoorde hij haar zingen, bezocht hij een van haar optredens?