Niets is er voor wie niets vermoedt. Ellewoutsdijk, een dorpje ver weg op Zuid-Beveland. Hier en daar is er opvallend fraai hekwerk. En hé, wat een weelderige tuinornamenten. Kijk toch eens, dat beeld! Schamele sporen van een paleis dat ooit het dorp domineerde, tot het bij oorlogshandelingen in oktober 1944 werd verwoest. Een fascinerend gebouw met een fascinerende geschiedenis. Daarom zie ik erg uit naar Anna van Suchtelens boek Versailles aan de Schelde, in de najaarsaanbieding van Uitgeverij Cossee aangekondigd met gepast ronkende termen als: ‘Het ongelooflijke verhaal van een verdwenen paleis in de Zeeuwse klei.’
Hans Warren geloofde het wel degelijk, hij heeft het paleis in Moorse stijl, bezit van de familie Van Hattum, een paar kilometer van Borssele gelegen, met eigen ogen gezien. In zijn oeuvre vind je er hier en daar herinneringen aan. Twee gedichten bijvoorbeeld, allebei voorzien van de vermelding ‘Park Ellewoutsdijk’, een ‘Afscheid van de winter’ en ‘Flora’. Zo staan ze tenminste in zijn verzamelde gedichten, keurig achter elkaar, gepresenteerd als onderdeel van de bundel Eiland in de stroom. Maar zoals vaker bij Hans Warrens poëzie is dat niet het hele verhaal.
Wanneer je teruggaat naar Eiland in de stroom, het in 1951 verschenen boekje, vind je géén ‘Afscheid van de winter’ en bij ‘Flora’ ontbreekt de plaatsaanduiding. Allemaal het gevolg van de operatie Poets & Ruim die de dichter op de helft van zijn leven uitvoerde. Na een lang zwijgen kwam hij in 1966 met een paar nieuwe gedichten en een heel strenge keuze uit ouder werk, onder de noemer Een roos van Jericho, naar de woestijnplant die bij droogte lijkt te verdwijnen om bij bevochtiging weer te verschijnen. Net als Hans Warren, want die boog zich toch weer over zijn vroege poëzie. De resultaten van de herzieningsarbeid vinden we in de Verzamelde gedichten 1941-1971. Weg de bedeesde roos van Jericho, op het omslag poseert de dichter in rood shirt voor een rijtje Perzische berenklauwen, de agressieve exotische plant. In een exemplaar van Eiland in de stroom zien we hem herzien. Hier gaat een kruis door een gedicht (dit is een ‘stinker’ noteert hij), daar schrijft hij er iets bij, bijvoorbeeld ‘Park Ellewoutsdijk’. Hans Warren is ook de maker van drie foto’s, zie hierbij, met twee maal het Flora-beeld uit het gedicht, later nóg eens licht aangepast: ‘Haar bloemen trillen/ en nooit vlaagt er een lente langs de zee/ die dit onduldbaar hunkeren kan stillen,/ en ook zij buigt haar hoofd, bijna gedwee,/ het trotse, koele hoofd dat ik zou willen/ liefkozen om te vragen naar die zee.’ Ik ben benieuwd naar de inzichten van Anna van Suchtelen over het beeld, het park, het paleis, misschien toch eerder een Oosterse droom dan een Versailles aan de Schelde.